Spreekwoorden over de maand Januari (Januari spreuken)

Er bestaan vele spreuken, spreekwoorden, uitdrukkingen en gezegden over de maand Januari. De bekendste Januari spreuken staan hier onder, op alfabetische volgorde. Als je nog een spreuk, spreekwoord enz. over de maand Januari weet, laat dan een bericht achter onderaan dit artikel.  Je kunt deze spreuken gebruiken voor school, of op sociale media als Twitter, Facebook en Skype.

Januari spreuken

          • Als ’t in Louwmaand mistig is, wordt de lentemaand heel fris.
          • Als de dagen gaan lengen, gaan de nachten strengen.
          • Als de dagen lengen, begint de winter te strengen.
          • Als de kat in Januari in de zon zit, ligt ze in februari achter de kachel.
          • Als de muggen in Januari dansen, dan wordt de boer een bedelaar.
          • Als de R is in de maand, is het weer niet altijd meegaand.
          • Als het gras groeit in januaar, groeit het slecht het hele jaar.
          • Als het in Januari dondert, wees voor ziekten niet verwonderd.
          • Als het in Januari mistig is, dan wordt de lente fris.
          • Als het in Januari mistig is, wordt de lentemaand heel fris.
          • Als het waait en vriest in de oktobernacht, dan verwachten wij een Januari zacht.
          • Als ik Januari was, deed ik de ketel boven het vuur bevriezen.
          • Als in Januari de muggen zwermen, dan kun je in maart de oren wermen.
          • Als in Januari de vorst niet komen wil, dan is zij er zeker in April.
          • Als Januari ons brengt strenge vorst, lijden we ’s zomers geen honger en geen dorst.
          • De eerste zeven dagen des jaars zijn lotdagen.
          • Draagt Januari een sneeuwwit kleed, wordt de zomer zeer heet.
          • Draagt Nieuwsjaarsmaand een sneeuwwit kleed,dan is de zomer zeker heet.
          • Driekoningenavond een sterre, dan is de lente nog verre.
          • Een hommel in Januari,brengt een goed wijnjaar.

         

    Als het in Januari mistig is, dan wordt de lente fris

        • Een koude oktober, een zachte nieuwjaarsmaand.
        • Een Nieuwjaarsdag, helder en klaar, dat voorspelt een heel vruchtbaar jaar.
        • Een winterse mug, krijgt nog een dikke rug.
        • Eind Januari sterke vorst, ’s Zomers noch honger, noch dorst.
        • Fijne pels aan het wild, dan blijft de winter mild.
        • Geef Januari een sneeuwtapijt, dan zijn we gauw de winter kwijt.
        • Geeft Januari muggenzwerm, dan hoort ge in Oogstmaand licht gekerm.
        • Geeft Januari sneeuw en vorst, vaak de boeren veel granen dorst.
        • Gelijk Januari, zo ook juli.
        • Groeide in Januari het gras, nooit de zomer goed en was.
        • Heeft Januari koude en droge dagen, dan zal in februari de sneeuw u plagen.
        • Heeft Januari koude en droge dagen, dan zal in februari de winter u plagen.
        • Het zal gaan dooien zonder fout, als de kraai veel leven houdt.
        • In de louwmaand mist, dan de lentemaand fris.
        • In Januari beter een wolf dan een mug op de mesthoop.
        • In Januari mag het vriezen, de stenen uit de grond, de boer en zal niet kniezen, maar vind dat heel gezond.
        • In Januari veel regen en weinig snee, doet bergen, dalen en bomen wee.
        • In Januari veel regen, brengt de vruchten weinig zegen.
        • In Januari veel water brengt weinig wijn.
        • In Januari weinig water brengt veel wijn.
        • In Januari ziet de boer liever een wolf in het veld,dan een ploeg.
        • Is ’t in Januari nat, ledig blijven vuur en vat.
        • Is Januari nat, leeg blijft het vat.
        • Is Januari zacht, dan krijgen lente en zomer veel groeiende kracht.
        • Januari nevel tocht, Februari kil en vocht.
        • Januari warm, dat de hemel zich erbarm.
        • Januari warm, dat God zich erbarm.
        • Januari zonder regen, is voor de boeren(stand) een zegen.
        • Januari zonder sneeuw maar met veel regen,brengt de boeren geen zegen.
        • Knapt Januari niet van de kou, dan zit men in de oogstmaand in de rouw.
        • Knapt Januari niet van de kou, dan zit men zomers in de rouw.
        • Kruipen de muizen diep in de grond, dan maken ze van een strenge winter kond.
        • Met Nieuwjaar lengt de dag zoveel een haantje kraaien mag.
        • Muggen in Januari, mieren in februari, veel te vroeg en een slecht begin, de meimaand zet met vorst nog in.
        • Nevel in Januari geeft een nat vroegjaar.

       

    Milde Januari volgt vaak een gure lente en warme zomer
    Op een milde Januari volgt vaak een gure lente en een warme zomer.
    • Nevels in Januari opgestaan, brengt een natte lente aan.
    • Op een milde Januari volgt vaak een gure lente en een warme zomer.
    • Schijnt de zon op Nieuwjaar, dan geeft het een goed appeljaar.
    • Sneeuw met donder in januaar, voelt men gans het jaar.
    • Stoot de mol in Januaar, kijk van kou in mei niet raar.
    • Valt in Januari veel regen, dan brengt hij de vruchten een zegen.
    • Vangt het jaar met regen aan, de oogst, die dreigt kapot te gaan.
    • Vergeet niet om het nieuwe jaar goed te beginnen, door het oude netjes af te sluiten.
    • Vorst bij afgaande maan, houdt meestal aan.
    • Vriest het op St. Veerlenacht, zes weken wordt er vorst verwacht.
    • Vroeg gras, geen gras, laat gras, genoeg gras.
    • Wast het graan in januaar, dan is de zomer in gevaar.
    • Wast het graan wél in januaar, voelt men dit het ganse jaar.
    • Winterzon maakt dat de vorst kraakt.
    • Zijn er Januari veel mollen, dan laat de winter niet met zich sollen.

     

    Bekijk spreuken van de andere maanden.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.